Game-muziek: van piepjes naar symfonie
door Anne Stuart 21 jun. 2019 21 juni 2019
De wetenschap staat nooit stil – ook in het muziekwezen niet. In Preludium brengen we de nieuwste inzichten voor het voetlicht. Deze maand: Kun je game-muziek vergelijken met klassieke muziek?
Muziek voor computerspellen is in rap tempo volwassen geworden en bestijgt inmiddels het concertpodium. In Japan werd al in 1987 het eerste ‘game-concert’ georganiseerd. Sinds 2003 zijn er her en der grote Europese orkesten met game-muziek op het programma: het London Symphony Orchestra, het Nederlands Philharmonisch Orkest en natuurlijk programmeert het Metropole Orkest ook game-klassiekers.
Over welke muziek hebben we het dan? In den beginne had game-muziek vooral een signaalfunctie: motiefjes en thema’s maakten duidelijk wat er in het spel gebeurde. Denk bijvoorbeeld aan de piepjes van Pacman. Computergeheugen was klein en duur, en door herhaling van motiefjes kon de informatie extra economisch worden opgeslagen. Een spel bevatte zelf geen geluid, maar vertelde de geluids-chip in de computer welke noten, piepjes en effecten er afgespeeld moesten worden.
Grappig genoeg komt uit deze periode misschien wel de meest invloedrijke soundtrack: die van Super Mario Bros, gecomponeerd door de Japanner Koji Kondo, toen net in dienst van Nintendo.
Nu is gaming een miljoenenindustrie. Games zijn veranderd in een interactieve kunstvorm: het ontwerp van alleen al bomen en struiken is het werk van honderd man. Composities bestaan niet langer uit vernuftige polyfone piepjes, maar zijn meeslepende en gelaagde soundtracks. Onder het motto ‘sound is what truly convinces the mind that it is in a place’ krijgen nieuw ontworpen werelden een akoestische dimensie. Grote speluitgevers als Nintendo hebben componisten in dienst, en betalen complete orkesten om de soundtrack in te spelen.
Muziek voor computerspellen is in rap tempo volwassen geworden en bestijgt inmiddels het concertpodium. In Japan werd al in 1987 het eerste ‘game-concert’ georganiseerd. Sinds 2003 zijn er her en der grote Europese orkesten met game-muziek op het programma: het London Symphony Orchestra, het Nederlands Philharmonisch Orkest en natuurlijk programmeert het Metropole Orkest ook game-klassiekers.
Over welke muziek hebben we het dan? In den beginne had game-muziek vooral een signaalfunctie: motiefjes en thema’s maakten duidelijk wat er in het spel gebeurde. Denk bijvoorbeeld aan de piepjes van Pacman. Computergeheugen was klein en duur, en door herhaling van motiefjes kon de informatie extra economisch worden opgeslagen. Een spel bevatte zelf geen geluid, maar vertelde de geluids-chip in de computer welke noten, piepjes en effecten er afgespeeld moesten worden.
Grappig genoeg komt uit deze periode misschien wel de meest invloedrijke soundtrack: die van Super Mario Bros, gecomponeerd door de Japanner Koji Kondo, toen net in dienst van Nintendo.
Nu is gaming een miljoenenindustrie. Games zijn veranderd in een interactieve kunstvorm: het ontwerp van alleen al bomen en struiken is het werk van honderd man. Composities bestaan niet langer uit vernuftige polyfone piepjes, maar zijn meeslepende en gelaagde soundtracks. Onder het motto ‘sound is what truly convinces the mind that it is in a place’ krijgen nieuw ontworpen werelden een akoestische dimensie. Grote speluitgevers als Nintendo hebben componisten in dienst, en betalen complete orkesten om de soundtrack in te spelen.
Game-muziek is eigenlijk een nieuw symfonisch genre, en dat is een interessante spiegel voor de moderne klassieke-muziekcultuur. Want wat is eigenlijk het verschil?
Het boek Unlimited Replays: Video Games and Classical Music van William Gibbons beschrijft een paar mooie tegenstellingen. Klassieke muziek wordt gezien als ‘kunstmuziek’, ‘erudiet’ en ‘serieus’. Gaming wordt geassocieerd met jeugdcultuur en entertainment. Eigenlijk trekt game-muziek de klassieke muziek in de entertainment-hoek. Maar wat als je game-muziek dan weer in een concertzaal gaat uitvoeren?
Leestip:
Unlimited replays: Video Games and Classical Music (2018) door William Gibbons
Game-muziek is eigenlijk een nieuw symfonisch genre, en dat is een interessante spiegel voor de moderne klassieke-muziekcultuur. Want wat is eigenlijk het verschil?
Het boek Unlimited Replays: Video Games and Classical Music van William Gibbons beschrijft een paar mooie tegenstellingen. Klassieke muziek wordt gezien als ‘kunstmuziek’, ‘erudiet’ en ‘serieus’. Gaming wordt geassocieerd met jeugdcultuur en entertainment. Eigenlijk trekt game-muziek de klassieke muziek in de entertainment-hoek. Maar wat als je game-muziek dan weer in een concertzaal gaat uitvoeren?
Leestip:
Unlimited replays: Video Games and Classical Music (2018) door William Gibbons