Wat is harmonieleer?
harmonieleer
De harmonie(leer) beschrijft de functie van akkoorden in een muzikale context.
Wat is harmonieleer?
De harmonieleer beschrijft de verhouding van akkoorden ten opzichte van elkaar, en schrijft voor welke akkoorden elkaar mogen opvolgen. Historisch gezien kunnen we spreken van verschillende harmonieleren: de Klassieke harmonieleer is beperkter dan de Romantische, waarin veel meer verschillende akkoordopeenvolgingen mogelijk zijn. In de twintigste eeuw werden veel regels van de Klassieke en Romantisch harmonieleer volledig losgelaten en spreken we in veel werken van atonaliteit of modaliteit.
Wat zijn de belangrijkste principes van de Klassieke harmonieleer?
De Klassieke harmonieleer gaat ervan uit dat een werk in een vaste toonsoort staat. Binnen die toonsoort zijn er verschillende akkoordfuncties, met als belangrijkste de tonica en de dominant. De tonica klinkt als ‘thuis’: het is het akkoord waarmee een stuk begint en eindigt. De dominant is het akkoord dat altijd vóór de tonica komt en ervoor zorgt dat de muziek naar de tonica toe wil bewegen. Daarnaast zijn er verschillende akkoorden die deze dominant weer kunnen voorbereiden. Deze akkoorden noemen we subdominanten. Zo kan je een heel muziekstuk analyseren door te kijken naar de functies van de gebruikte akkoorden.
Wat is harmonieleer?
De harmonieleer beschrijft de verhouding van akkoorden ten opzichte van elkaar, en schrijft voor welke akkoorden elkaar mogen opvolgen. Historisch gezien kunnen we spreken van verschillende harmonieleren: de Klassieke harmonieleer is beperkter dan de Romantische, waarin veel meer verschillende akkoordopeenvolgingen mogelijk zijn. In de twintigste eeuw werden veel regels van de Klassieke en Romantisch harmonieleer volledig losgelaten en spreken we in veel werken van atonaliteit of modaliteit.
Wat zijn de belangrijkste principes van de Klassieke harmonieleer?
De Klassieke harmonieleer gaat ervan uit dat een werk in een vaste toonsoort staat. Binnen die toonsoort zijn er verschillende akkoordfuncties, met als belangrijkste de tonica en de dominant. De tonica klinkt als ‘thuis’: het is het akkoord waarmee een stuk begint en eindigt. De dominant is het akkoord dat altijd vóór de tonica komt en ervoor zorgt dat de muziek naar de tonica toe wil bewegen. Daarnaast zijn er verschillende akkoorden die deze dominant weer kunnen voorbereiden. Deze akkoorden noemen we subdominanten. Zo kan je een heel muziekstuk analyseren door te kijken naar de functies van de gebruikte akkoorden.