Hoe luistert een operaregisseur?
door Frederike Berntsen 18 dec. 2023 18 december 2023
In de rubriek Luisterkunstenaars spreekt Preludium mensen die in hun dagelijks leven op een bijzondere manier hun oren gebruiken. Deze maand: operaregisseur Jetske Mijnssen.
Wat betekent luisteren voor jou?
‘Luisteren is de kern van mijn werk. Voor mij als operaregisseur begint alles bij de muziek. Wanneer ik aan een productie begin, luister ik eerst, vaak nog zonder het libretto te lezen. Een ouverture kan je al zoveel vertellen. De eerste luisterervaring geeft je een gevoel bij een stuk. Als ik bij het ontwerpen van een regie vastloop in een scène is er maar één oplossing: opnieuw luisteren.
Ik doe nu Donizetti in Amsterdam, Roberto Devereux, dat is het slot van de Tudor-trilogie: na twee onderdelen begrijp ik Donizetti beter, ik luister anders naar zijn muziek. Ik heb het gevoel dat ik thuiskom bij zo’n componist. Bij de eerste ontmoeting moet je je ertoe gaan verhouden, in de loop van de tijd ga je zijn logica begrijpen. Het thuiskomen is fantastisch, maar ook de eerste ontmoeting, waarin je vaak omver wordt geblazen.’
Luister je anders dan anderen?
‘Voor mij ontstaat er een wereld aan beelden als ik luister. Muziek roept emoties bij mij op. Tijdens een ontwerpproces schrijf ik alles op. Ik heb van die kleine zwarte boekjes voor al mijn associaties en ideeën. Als ik terugblader, aan het einde van een productieproces, blijken er helemaal in het begin heel belangrijke dingen in te staan. In de allereerste fase heb ik toch al iets van de kern gevoeld van waar een stuk voor mij over gaat. Die kern komt uit de muziek.’
Wat hoor je graag?
‘Ik luister zelden naar muziek als ik niet werk. Maar: als ik op reis ben, heb ik altijd Bach op staan. Vaak de Goldberg-variaties, gespeeld door Glenn Gould, of de Brandenburgse concerten. Als ik gespannen in een vliegtuig stap, kom ik tot rust bij Gould. Die opname heeft een diepe concentratie, een onvoorstelbare schoonheid. Mijn hart gaat open, er komen ruimte en rust in.
Bach is belangrijk voor me, het is de ultieme muziek. Toen ik student was heb ik een aantal keren in de Matthäus-Passion gezongen, dat waren iconische avonden waarvan ik zeldzaam heb genoten.’
Wat wil je liever niet horen?
‘Ik woon in de buurt van de Kennemerduinen, en wandel graag als ik thuis ben. Je hoort daar nu zo’n tweehonderd dagen per jaar raceauto’s, het circuit in Zandvoort. Daar heb ik erg veel moeite mee. Het is een natuurgebied, maar niemand lijkt zich daar iets van aan te trekken. Heel naar.’
Wat is het mooiste dat je ooit gehoord hebt?
‘Natuur, de stilte. Ik ben ooit toen ik een jaar of zeventien was met mijn moeder naar Lapland geweest, we maakten een trektocht. Op een avond kwamen we bij een hut en die was heel vol. Toen liepen we een hut verder – het wordt daar niet donker, dus je kunt rustig doorlopen. In Lapland ben je helemaal alleen, de hutten zijn alleen met een helikopter te bereiken. We liepen daar in de late avond, het licht werd langzaam goudkleurig. Een diepe, diepe stilte daalde neer in het bos. Je kon de stilte horen. Dat is de mooiste stilte die ik ooit heb meegemaakt. Het is het mooiste wat ik tegelijk gehoord en niet gehoord heb.’
Wat zou je ooit nog willen laten horen en aan wie?
‘Ik ben Wagners Parsifal aan het voorbereiden. Het Vorspiel is muziek waarvan ik vind dat iedereen die moet leren kennen, echt onaards mooi. Als je Wagner niet kent, en je wilt iets van hem beluisteren, dan zou ik dat kiezen. Deze muziek is een groot raadsel, een geheim. Ze geeft een doorkijkje naar een andere werkelijkheid. De muziek lijkt iets te transporteren, en heeft een unieke diepgang. Ik ken geen andere muziek die dat zo sterk heeft. Parsifal is de eerste Wagner-opera die ik regisseer. Iedere keer dat ik dat Vorspiel hoor, ben ik er erg door geroerd.’
Wie is Jetske Mijnssen?
Het werk van Jetske Mijnssen is te zien in verschillende Europese operahuizen. In april en mei gaat haar regie van Roberto Devereux, het sluitstuk van de Tudor-trilogie van Donizetti, bij De Nationale Opera. Het werk van Mijnssen kenmerkt zich door een diepe psychologische benadering van de personages en hun lot.
Wat betekent luisteren voor jou?
‘Luisteren is de kern van mijn werk. Voor mij als operaregisseur begint alles bij de muziek. Wanneer ik aan een productie begin, luister ik eerst, vaak nog zonder het libretto te lezen. Een ouverture kan je al zoveel vertellen. De eerste luisterervaring geeft je een gevoel bij een stuk. Als ik bij het ontwerpen van een regie vastloop in een scène is er maar één oplossing: opnieuw luisteren.
Ik doe nu Donizetti in Amsterdam, Roberto Devereux, dat is het slot van de Tudor-trilogie: na twee onderdelen begrijp ik Donizetti beter, ik luister anders naar zijn muziek. Ik heb het gevoel dat ik thuiskom bij zo’n componist. Bij de eerste ontmoeting moet je je ertoe gaan verhouden, in de loop van de tijd ga je zijn logica begrijpen. Het thuiskomen is fantastisch, maar ook de eerste ontmoeting, waarin je vaak omver wordt geblazen.’
Luister je anders dan anderen?
‘Voor mij ontstaat er een wereld aan beelden als ik luister. Muziek roept emoties bij mij op. Tijdens een ontwerpproces schrijf ik alles op. Ik heb van die kleine zwarte boekjes voor al mijn associaties en ideeën. Als ik terugblader, aan het einde van een productieproces, blijken er helemaal in het begin heel belangrijke dingen in te staan. In de allereerste fase heb ik toch al iets van de kern gevoeld van waar een stuk voor mij over gaat. Die kern komt uit de muziek.’
Wat hoor je graag?
‘Ik luister zelden naar muziek als ik niet werk. Maar: als ik op reis ben, heb ik altijd Bach op staan. Vaak de Goldberg-variaties, gespeeld door Glenn Gould, of de Brandenburgse concerten. Als ik gespannen in een vliegtuig stap, kom ik tot rust bij Gould. Die opname heeft een diepe concentratie, een onvoorstelbare schoonheid. Mijn hart gaat open, er komen ruimte en rust in.
Bach is belangrijk voor me, het is de ultieme muziek. Toen ik student was heb ik een aantal keren in de Matthäus-Passion gezongen, dat waren iconische avonden waarvan ik zeldzaam heb genoten.’
Wat wil je liever niet horen?
‘Ik woon in de buurt van de Kennemerduinen, en wandel graag als ik thuis ben. Je hoort daar nu zo’n tweehonderd dagen per jaar raceauto’s, het circuit in Zandvoort. Daar heb ik erg veel moeite mee. Het is een natuurgebied, maar niemand lijkt zich daar iets van aan te trekken. Heel naar.’
Wat is het mooiste dat je ooit gehoord hebt?
‘Natuur, de stilte. Ik ben ooit toen ik een jaar of zeventien was met mijn moeder naar Lapland geweest, we maakten een trektocht. Op een avond kwamen we bij een hut en die was heel vol. Toen liepen we een hut verder – het wordt daar niet donker, dus je kunt rustig doorlopen. In Lapland ben je helemaal alleen, de hutten zijn alleen met een helikopter te bereiken. We liepen daar in de late avond, het licht werd langzaam goudkleurig. Een diepe, diepe stilte daalde neer in het bos. Je kon de stilte horen. Dat is de mooiste stilte die ik ooit heb meegemaakt. Het is het mooiste wat ik tegelijk gehoord en niet gehoord heb.’
Wat zou je ooit nog willen laten horen en aan wie?
‘Ik ben Wagners Parsifal aan het voorbereiden. Het Vorspiel is muziek waarvan ik vind dat iedereen die moet leren kennen, echt onaards mooi. Als je Wagner niet kent, en je wilt iets van hem beluisteren, dan zou ik dat kiezen. Deze muziek is een groot raadsel, een geheim. Ze geeft een doorkijkje naar een andere werkelijkheid. De muziek lijkt iets te transporteren, en heeft een unieke diepgang. Ik ken geen andere muziek die dat zo sterk heeft. Parsifal is de eerste Wagner-opera die ik regisseer. Iedere keer dat ik dat Vorspiel hoor, ben ik er erg door geroerd.’
Wie is Jetske Mijnssen?
Het werk van Jetske Mijnssen is te zien in verschillende Europese operahuizen. In april en mei gaat haar regie van Roberto Devereux, het sluitstuk van de Tudor-trilogie van Donizetti, bij De Nationale Opera. Het werk van Mijnssen kenmerkt zich door een diepe psychologische benadering van de personages en hun lot.