Nog geen account of wachtwoord vergeten? Klik hier
column

Bijgeluiden in de concertzaal

door Anna de Vey Mestdagh
16 aug. 2023 16 augustus 2023

Tweede violiste in het Concertgebouworkest Anna de Vey Mestdagh laat in haar maandelijkse column weten wat haar zoal bezighoudt. Deze maand: hoestsalvo’s, telefoons en het live-effect.

  • Anna de Veij Mestdagh

    foto: Milagro Elstak

    Anna de Veij Mestdagh

    foto: Milagro Elstak

  • Anna de Veij Mestdagh

    foto: Milagro Elstak

    Anna de Veij Mestdagh

    foto: Milagro Elstak

Ik herinner me een concert in China, in een soort kermistent, waar hele families met picknickmanden naar toe waren gekomen en met zijn allen een volière-achtig gekwetter voortbrachten. Het versterkte orkest kwam er maar ternauwernood bovenuit en de naam op het spandoek was verkeerd gespeld: Amsterdam Concertgebowu Orchestra. En toch was het een groot feest, net zoals twee jaar geleden onze Opening Night op de Dam, en vorig jaar in het Westerpark, en afgelopen juni de uitzending op groot scherm van de opera Rusalka in Park Frankendael. Het zijn stuk voor stuk mooie gebaren naar de maatschappij, waarmee we tevens een breder publiek hopen te bereiken.

In de heilige ambiance van de Grote Zaal daarentegen blijven piepende gehoorapparaten, hoestsalvo’s, rinkelende en vallende telefoons, juist als wij onze zachtste en gevoeligste toon spelen, een terugkerende bron van ergernis. Er is echt van alles geprobeerd: snoepjes bij de ingang, waarschuwende teksten in de programmaboekjes en tot op heden het afspelen van een bandje met een vriendelijke doch vermanende boodschap voorafgaand aan het concert. In Engeland las ik ooit de volgende tekst in een programmaboekje: ‘Het hoesten van één persoon is ongeveer 50 dB, evenveel als een mezzoforte-toon op een hoorn. Be aware.’

Het heeft allemaal niet veel uitgehaald en misschien moeten we bijgeluiden gewoon als onontkoombare nevenschade accepteren, of positiever: als vitaal onderdeel van het samenzijn. Oud-collega Daniël Esser vertelde jaren geleden het volgende verhaal: dirigent Antal Doráti en zijn vrouw zaten eens na een concert in de ondertussen compleet lege Grote Zaal van Het Concertgebouw ongegeneerd luid te hoesten. Wat was hier aan de hand? Ze waren met zijn tweeën een volle zaal mensen aan het nabootsen om het later onder een opname te kunnen monteren. Om het ‘live-effect’ te vergroten. Over acceptatie gesproken.

Ik herinner me een concert in China, in een soort kermistent, waar hele families met picknickmanden naar toe waren gekomen en met zijn allen een volière-achtig gekwetter voortbrachten. Het versterkte orkest kwam er maar ternauwernood bovenuit en de naam op het spandoek was verkeerd gespeld: Amsterdam Concertgebowu Orchestra. En toch was het een groot feest, net zoals twee jaar geleden onze Opening Night op de Dam, en vorig jaar in het Westerpark, en afgelopen juni de uitzending op groot scherm van de opera Rusalka in Park Frankendael. Het zijn stuk voor stuk mooie gebaren naar de maatschappij, waarmee we tevens een breder publiek hopen te bereiken.

In de heilige ambiance van de Grote Zaal daarentegen blijven piepende gehoorapparaten, hoestsalvo’s, rinkelende en vallende telefoons, juist als wij onze zachtste en gevoeligste toon spelen, een terugkerende bron van ergernis. Er is echt van alles geprobeerd: snoepjes bij de ingang, waarschuwende teksten in de programmaboekjes en tot op heden het afspelen van een bandje met een vriendelijke doch vermanende boodschap voorafgaand aan het concert. In Engeland las ik ooit de volgende tekst in een programmaboekje: ‘Het hoesten van één persoon is ongeveer 50 dB, evenveel als een mezzoforte-toon op een hoorn. Be aware.’

Het heeft allemaal niet veel uitgehaald en misschien moeten we bijgeluiden gewoon als onontkoombare nevenschade accepteren, of positiever: als vitaal onderdeel van het samenzijn. Oud-collega Daniël Esser vertelde jaren geleden het volgende verhaal: dirigent Antal Doráti en zijn vrouw zaten eens na een concert in de ondertussen compleet lege Grote Zaal van Het Concertgebouw ongegeneerd luid te hoesten. Wat was hier aan de hand? Ze waren met zijn tweeën een volle zaal mensen aan het nabootsen om het later onder een opname te kunnen monteren. Om het ‘live-effect’ te vergroten. Over acceptatie gesproken.

Dit artikel wordt u gratis aangeboden door Preludium. Meer lezen? Abonneer dan nu.