Wat zijn koperblazers?

Wat zijn koperblazers?

Koperblazers zijn spelers van koperblaasinstrumenten. De groep koperblazers in een orkest (kopersectie) bestaat uit hoorns, trompetten, trombones en soms tuba.

Lippen

Wat koperblazers van houtblazers onderscheidt is niet het materiaal van het instrument (dat niet per se van koper hoeft te zijn), maar de manier waarop de klank ontstaat.

Koperblazers vormen de toon met hun lippen; bij houtblazers ontstaat de toon doordat lucht langs een gat of een riet stroomt. Zo behoort de houten didgeridoo tot de koperen blaasinstrumenten. De klankverschillen tussen de verschillende koper-instrumenten worden bepaald door de vorm van de buis waardoor de lucht geblazen wordt.

Orkest

De standaardbezetting van de kopersectie in een symfonieorkest omvat twee of drie trompetten, twee tot vier hoorns, twee tenortrombones, een bastrombone en soms een tuba.

In de negentiende eeuw werd de kopersectie spectaculair vergroot, vooral in Duitsland en Oostenrijk. Zo liet Richard Wagner voor zijn opera’s een speciale ‘Wagner-tuba’ ontwikkelen en schreef Gustav Mahler in zijn Tweede Symfonie tien hoorns en tien trompetten voor.

Reikwijdte

Een opmerkelijk verschil tussen koper- en houtblazers is de reikwijdte van de klank. Een houten blaasinstrument is aan alle zijden van de bespeler even goed hoorbaar, terwijl de klank van een koperblazer recht in het verlengde van de beker (het kelkvormige uiteinde) veruit het sterkst is.

Dat bemoeilijkt geluidsopnames van koper-instrumenten, maar bij een concert kan het vooral bij hoorns interessante dynamische verschillen opleveren: soms geeft de componist in de partituur aan dat de beker opgericht moet worden (‘Schalltrichter auf’ of ‘Pavillons en l’air’), ook voor theatraal effect.