Nog geen account of wachtwoord vergeten? Klik hier
interview

Marie Stravinsky over Igor Stravinsky

door Olga de Kort
01 jun. 2017 01 juni 2017

December 2016 werd het repertoire van Igor ­Stravinsky ­uitgebreid met het herontdekte Begrafenislied uit 1908. Dit ­verloren gewaande opus 5 bracht een wereldwijde golf van ­nationale ­premières teweeg. Nu staat het op de lessenaars bij het Koninklijk Concertgebouworkest. De achterkleindochter van de componist, Marie ­Stravinsky, was bij de wereld­première in Sint-Petersburg. Preludium sprak met haar.

De première-estafette werd geopend door Valery Gergiev en het Orkest van het ­Mariinski Theater op 2 december 2016. Honderd­acht jaar na zijn eerste uitvoering luidde de wereldpremière van het opnieuw gereconstrueerde Begrafenislied het ­Russische Stravinsky-jaar in. Tussen de eregasten in Sint-Petersburg bevond zich de achter­kleindochter van de componist, Marie Stravinsky. Sinds negen jaar leidt ze de ­Fondation Igor Stravinsky en staat ze musici, onderzoekers en muziekliefhebbers met raad en daad bij als het om de muziek van haar overgrootvader gaat.

'Ik begon me steeds meer verantwoordelijk te voelen voor de naam van Stravinsky'

Marie Stravinsky is trots op haar naam, die ook bepaalde verplichtingen met zich meebrengt. Het is niet altijd even gemakkelijk om als Stravinsky’s nazaat door het leven te gaan. ‘Igor Stravinsky is mijn held. Ik voel me trots en dankbaar, maar tegelijkertijd bescheiden en zelfs nederig. Stravinsky kan dan wel mijn overgrootvader zijn, hij blijft een van de meest belangrijke en ­invloedrijke componisten van de twintigste eeuw. Ik heb voor mijzelf dan ook nooit een muzikale ­carrière overwogen, hoewel ik in mijn jeugd een vrij goede fluitiste was.’

Het Stravinsky Fonds ontstond uit het idee van Marie om de nagedachtenis aan de componist levend te houden. ‘Naarmate ik ouder werd, begon ik me steeds meer verantwoordelijk te voelen voor de naam van Stravinsky. Ik ben de enige directe volwassen afstammeling van de componist in Europa, de andere familieleden wonen in de Verenigde ­Staten. Zo kwam ik op het idee om in Parijs de ­Stravinsky Association op te richten. In 2008 kwam daar de Fondation Igor Stravinsky bij, met als standplaats mijn geboorte- en tegenwoordig ook thuisland Zwitserland.’

Nieuwe wereld

‘De Fondation verbindt liefhebbers van ­Stravinsky’s muziek met zijn familie. Tot de belangrijkste taken behoort het in stand houden van de nalatenschap van de componist door uitvoeringen, cd-opnamen, publicaties en films. De Fondation en zijn activiteiten worden ondersteund door inkomsten uit de nalatenschap van de componist en ­donaties. Van zijn kant ondersteunt de Fondation diverse projecten die betrekking hebben op Stravinsky’s muziek of leven.’

'Ik waarschijnlijk nog niet rijp genoeg voor Stravinsky’s latere seriële muziek'

Zelf begon Marie Stravinsky pas in haar ­tienerjaren bewust naar de muziek van haar overgrootvader te luisteren. ‘Ik weet nog hoe mijn ouders me meenamen naar een concert­serie in Parijs ter gelegenheid van Stravinsky’s honderdste geboortejaar. In die tijd luisterde ik zowel naar klassieke als naar rock- en discomuziek. Mijn bewondering voor Stravinsky werd alleen maar groter toen ik de voor mij compleet nieuwe wereld van Le sacre du printemps ontdekte.’

Door de jaren heen werd Marie een ‘echt Stravinsky-mens’. ‘Ik hou van zijn ­vroege balletmuziek, de neoklassieke ­composities en het jazzy Ebony Concerto. Ik word ook geraakt door de religieuze werken, zoals het Pater noster, het Ave Maria en het Credo, die een warme gloed van menselijkheid uitstralen. Van de andere kant ben ik waarschijnlijk nog niet rijp genoeg voor Stravinsky’s latere seriële muziek.’

De première-estafette werd geopend door Valery Gergiev en het Orkest van het ­Mariinski Theater op 2 december 2016. Honderd­acht jaar na zijn eerste uitvoering luidde de wereldpremière van het opnieuw gereconstrueerde Begrafenislied het ­Russische Stravinsky-jaar in. Tussen de eregasten in Sint-Petersburg bevond zich de achter­kleindochter van de componist, Marie Stravinsky. Sinds negen jaar leidt ze de ­Fondation Igor Stravinsky en staat ze musici, onderzoekers en muziekliefhebbers met raad en daad bij als het om de muziek van haar overgrootvader gaat.

'Ik begon me steeds meer verantwoordelijk te voelen voor de naam van Stravinsky'

Marie Stravinsky is trots op haar naam, die ook bepaalde verplichtingen met zich meebrengt. Het is niet altijd even gemakkelijk om als Stravinsky’s nazaat door het leven te gaan. ‘Igor Stravinsky is mijn held. Ik voel me trots en dankbaar, maar tegelijkertijd bescheiden en zelfs nederig. Stravinsky kan dan wel mijn overgrootvader zijn, hij blijft een van de meest belangrijke en ­invloedrijke componisten van de twintigste eeuw. Ik heb voor mijzelf dan ook nooit een muzikale ­carrière overwogen, hoewel ik in mijn jeugd een vrij goede fluitiste was.’

Het Stravinsky Fonds ontstond uit het idee van Marie om de nagedachtenis aan de componist levend te houden. ‘Naarmate ik ouder werd, begon ik me steeds meer verantwoordelijk te voelen voor de naam van Stravinsky. Ik ben de enige directe volwassen afstammeling van de componist in Europa, de andere familieleden wonen in de Verenigde ­Staten. Zo kwam ik op het idee om in Parijs de ­Stravinsky Association op te richten. In 2008 kwam daar de Fondation Igor Stravinsky bij, met als standplaats mijn geboorte- en tegenwoordig ook thuisland Zwitserland.’

Nieuwe wereld

‘De Fondation verbindt liefhebbers van ­Stravinsky’s muziek met zijn familie. Tot de belangrijkste taken behoort het in stand houden van de nalatenschap van de componist door uitvoeringen, cd-opnamen, publicaties en films. De Fondation en zijn activiteiten worden ondersteund door inkomsten uit de nalatenschap van de componist en ­donaties. Van zijn kant ondersteunt de Fondation diverse projecten die betrekking hebben op Stravinsky’s muziek of leven.’

'Ik waarschijnlijk nog niet rijp genoeg voor Stravinsky’s latere seriële muziek'

Zelf begon Marie Stravinsky pas in haar ­tienerjaren bewust naar de muziek van haar overgrootvader te luisteren. ‘Ik weet nog hoe mijn ouders me meenamen naar een concert­serie in Parijs ter gelegenheid van Stravinsky’s honderdste geboortejaar. In die tijd luisterde ik zowel naar klassieke als naar rock- en discomuziek. Mijn bewondering voor Stravinsky werd alleen maar groter toen ik de voor mij compleet nieuwe wereld van Le sacre du printemps ontdekte.’

Door de jaren heen werd Marie een ‘echt Stravinsky-mens’. ‘Ik hou van zijn ­vroege balletmuziek, de neoklassieke ­composities en het jazzy Ebony Concerto. Ik word ook geraakt door de religieuze werken, zoals het Pater noster, het Ave Maria en het Credo, die een warme gloed van menselijkheid uitstralen. Van de andere kant ben ik waarschijnlijk nog niet rijp genoeg voor Stravinsky’s latere seriële muziek.’

  • Igor Stravinsky

    Igor Stravinsky

  • Igor Stravinsky

    Igor Stravinsky

Ontdekkingen

Dat het Koninklijk Concertgebouworkest deze maand de Eerste suite voor klein orkest op 10 juni en het herontdekte Begrafenislied op 23 juni op het programma heeft staan, stemt Marie bijzonder blij. ‘Ik heb de kans gehad om de première van de reconstructie van het Begrafenislied in Sint-Petersburg bij te wonen. Het was heel emotioneel, ik genoot van elk moment! Stravinsky schreef dit ­aangrijpende, twaalf minuten durende werk in 1908 ter nagedachtenis aan zijn geliefde leraar, Nikolaj Rimski-Korsakov. Hoewel het destijds bij één uitvoering bleef en het lied tijdens de Revolutie van 1917 verloren is gegaan, rekende de componist het zelf tot een van zijn beste werken. Het is ongelooflijk dat de partituur twee jaar geleden per toeval teruggevonden werd.’

‘Ik ben blij dat het Begrafenislied nu overal ter wereld uitgevoerd kan worden. Op het moment van componeren was Stravinsky pas 26, maar als je naar deze muziek luistert, hoor je al het meesterschap van De vuurvogel van een paar jaar later. Een bijzonder knappe prestatie, een voorbode van wat ons in zijn muziek nog te wachten stond.’

Droomwereld

Een van deze toekomstige verrassingen was de Eerste suite uit 1925. Deze is geënt op de oorspronkelijk voor piano gecomponeerde duetten, die goed van pas kwamen tijdens de pianolessen van de kinderen van de componist. Van deze Vijf eenvoudige stukken voor piano vierhandig uit 1916-17 ­orkestreerde Stravinsky er vier: AndanteNapolitanaEspañola en Balalaika. Samen vormen ze de Eerste suite.

'De componist rekende het Begrafenislied tot een van zijn beste werken'

‘De Eerste suite is een betoverende compositie, lichtvoetig en gracieus. Hier kom je in een geraffineerde droomwereld terecht, vol verrassingen en delicate klankkleuren. Het is een klein juweeltje. Ik ben geen musicus, slechts een luisteraar, maar wat mij betreft zou het stuk veel vaker uitgevoerd mogen worden.’

Ontdekkingen als het Begrafenislied worden niet dagelijks gedaan. Maar ook Stravinsky’s bekende oeuvre biedt nog volop mogelijkheden om de muziek van de componist te blijven ontdekken. Reden genoeg voor Marie Stravinsky om haar werk bij de Fondation Igor Stravinsky met veel energie en voldoening voort te zetten.

Ontdekkingen

Dat het Koninklijk Concertgebouworkest deze maand de Eerste suite voor klein orkest op 10 juni en het herontdekte Begrafenislied op 23 juni op het programma heeft staan, stemt Marie bijzonder blij. ‘Ik heb de kans gehad om de première van de reconstructie van het Begrafenislied in Sint-Petersburg bij te wonen. Het was heel emotioneel, ik genoot van elk moment! Stravinsky schreef dit ­aangrijpende, twaalf minuten durende werk in 1908 ter nagedachtenis aan zijn geliefde leraar, Nikolaj Rimski-Korsakov. Hoewel het destijds bij één uitvoering bleef en het lied tijdens de Revolutie van 1917 verloren is gegaan, rekende de componist het zelf tot een van zijn beste werken. Het is ongelooflijk dat de partituur twee jaar geleden per toeval teruggevonden werd.’

‘Ik ben blij dat het Begrafenislied nu overal ter wereld uitgevoerd kan worden. Op het moment van componeren was Stravinsky pas 26, maar als je naar deze muziek luistert, hoor je al het meesterschap van De vuurvogel van een paar jaar later. Een bijzonder knappe prestatie, een voorbode van wat ons in zijn muziek nog te wachten stond.’

Droomwereld

Een van deze toekomstige verrassingen was de Eerste suite uit 1925. Deze is geënt op de oorspronkelijk voor piano gecomponeerde duetten, die goed van pas kwamen tijdens de pianolessen van de kinderen van de componist. Van deze Vijf eenvoudige stukken voor piano vierhandig uit 1916-17 ­orkestreerde Stravinsky er vier: AndanteNapolitanaEspañola en Balalaika. Samen vormen ze de Eerste suite.

'De componist rekende het Begrafenislied tot een van zijn beste werken'

‘De Eerste suite is een betoverende compositie, lichtvoetig en gracieus. Hier kom je in een geraffineerde droomwereld terecht, vol verrassingen en delicate klankkleuren. Het is een klein juweeltje. Ik ben geen musicus, slechts een luisteraar, maar wat mij betreft zou het stuk veel vaker uitgevoerd mogen worden.’

Ontdekkingen als het Begrafenislied worden niet dagelijks gedaan. Maar ook Stravinsky’s bekende oeuvre biedt nog volop mogelijkheden om de muziek van de componist te blijven ontdekken. Reden genoeg voor Marie Stravinsky om haar werk bij de Fondation Igor Stravinsky met veel energie en voldoening voort te zetten.

Dit artikel wordt u gratis aangeboden door Preludium. Meer lezen? Abonneer dan nu.