Meekijken met de orkestbodes
door Martijn voorvelt 19 okt. 2020 19 oktober 2020
Stoelen, lessenaars, harpen, slagwerk… Als het Concertgebouworkest opkomt, waar ook ter wereld, staat alles al klaar. Precies op de goede plek. Wie zorgen daar eigenlijk voor?
Klik op de foto om door de reportage te bladeren
Daar komen ze, op twee motoren en een scooter: Johan van Maaren, Ton van der Meer en Jan Ummels. Het zijn de orkestbodes van het Concertgebouworkest. Met zijn drieën zorgen ze dat alle spullen van het orkest op de juiste plek komen te staan en dat voor, tijdens en na de repetities en concerten alles goed verloopt – zowel in de Grote Zaal als op tournee.
Aan de hand van podiumtekeningen bouwen Johan, Ton en Jan de hele boel op: stoelen, lessenaars, slagwerkinstrumenten, harpen en eventuele toetsinstrumenten moeten precies op de juiste plek staan. Maar ook de verschillende standaards voor hobo’s, klarinetten en de dempers voor het koper. Zeker in coronatijd luistert die podiumopbouw heel nauw: de musici moeten minstens anderhalve meter bij elkaar vandaan zitten, maar wel goed samen kunnen spelen. Met behulp van meetlint en tape worden de exacte locaties van de stoelen bepaald.
Johan, Ton en Jan vormen de podiumstaf van het orkest: in tegenstelling tot de kantoorstaf, die aan de Gabriël Metsustraat huist, werken zij in Het Concertgebouw. Dat geldt trouwens ook voor de orkestinspectie, die de orkestbezetting en de dagelijkse gang van zaken op en rond het podium regelt, en de bibliothecarissen, verantwoordelijk voor de bladmuziek.
Naast de op- en afbouw van het podium hebben de drie orkestbodes nog veel meer taken. Zo overleggen Jan en Ton lang van tevoren met de dirigenten over de gewenste podiumopstelling en leggen zij ze voor aan de planners van de zalen waar het orkest optreedt. Johan houdt zich bezig met het vervoer van en de logistiek rondom de instrumenten in binnen- en buitenland. En wie wijst de dirigent en solist tijdig de weg door het gebouw, naar het podium? Zonder podiumstaf geen concert!
Klik op de foto om door de reportage te bladeren
Daar komen ze, op twee motoren en een scooter: Johan van Maaren, Ton van der Meer en Jan Ummels. Het zijn de orkestbodes van het Concertgebouworkest. Met zijn drieën zorgen ze dat alle spullen van het orkest op de juiste plek komen te staan en dat voor, tijdens en na de repetities en concerten alles goed verloopt – zowel in de Grote Zaal als op tournee.
Aan de hand van podiumtekeningen bouwen Johan, Ton en Jan de hele boel op: stoelen, lessenaars, slagwerkinstrumenten, harpen en eventuele toetsinstrumenten moeten precies op de juiste plek staan. Maar ook de verschillende standaards voor hobo’s, klarinetten en de dempers voor het koper. Zeker in coronatijd luistert die podiumopbouw heel nauw: de musici moeten minstens anderhalve meter bij elkaar vandaan zitten, maar wel goed samen kunnen spelen. Met behulp van meetlint en tape worden de exacte locaties van de stoelen bepaald.
Johan, Ton en Jan vormen de podiumstaf van het orkest: in tegenstelling tot de kantoorstaf, die aan de Gabriël Metsustraat huist, werken zij in Het Concertgebouw. Dat geldt trouwens ook voor de orkestinspectie, die de orkestbezetting en de dagelijkse gang van zaken op en rond het podium regelt, en de bibliothecarissen, verantwoordelijk voor de bladmuziek.
Naast de op- en afbouw van het podium hebben de drie orkestbodes nog veel meer taken. Zo overleggen Jan en Ton lang van tevoren met de dirigenten over de gewenste podiumopstelling en leggen zij ze voor aan de planners van de zalen waar het orkest optreedt. Johan houdt zich bezig met het vervoer van en de logistiek rondom de instrumenten in binnen- en buitenland. En wie wijst de dirigent en solist tijdig de weg door het gebouw, naar het podium? Zonder podiumstaf geen concert!