Concertprogramma
Nederlands Kamerkoor zingt Requiem van Fauré
Grote Zaal 26 september 2017 20.15 uur
Amsterdam Sinfonietta
Nederlands Kamerkoor
Candida Thompson viool/leiding
Judith van Wanroij sopraan
Andreas Wolf bariton
pauze ca. 21.10 uur
einde ca. 22.10 uur
teksten gratis verkrijgbaar aan de zaal
Het requiem
De rode draad in dit programma is het requiem. Dmitri Sjostakovitsj schreef zijn aangrijpende opus 110 ter nagedachtenis van de slachtoffers van het nazisme maar noemde het informeel 'zijn eigen requiem'.
Van de Chaconne wordt wel verondersteld dat Johann Sebastian Bach er een in memoriam voor Maria Barbara, zijn eerste vrouw, in heeft verborgen.
Het enige programma-onderdeel dat daadwerkelijk requiem heet, is gezien tekstgebruik en toonsoorten eigenlijk geen echt requiem: Gabriel Fauré ziet in zijn Requiem de dood als zonnig en als de doorgang naar een paradijs.
Bach verwelkomde de dood in het kerklied waarop Knut Nystedt zijn Immortal Bach baseerde.
Arvo Pärt ten slotte componeerde ook ter herdenking van overledenen; zijn Da pacem Domine roept bovendien de zinsnede ‘dona nobis pacem’ uit het Agnus Dei van de (doden-)mis in herinnering.
Knut Nystedt 1915-2014
Immortal Bach (1987)
voor koor a cappella
Johann Sebastian Bach 1685-1750
Chaconne uit ‘Tweede partita in d kl.t.’,
BWV 1004 (1720)
oorspronkelijk voor viool solo; bewerking voor viool solo en klein koor door Helga Thoene (2009)
Arvo Pärt 1935
Da pacem Domine (2004)
voor koor a cappella
Dmitri Sjostakovitsj 1906-1975
Kammersinfonie, op. 110a
bewerking voor strijkorkest van het ‘Achtste strijkkwartet in c kl.t., op. 110 (1960)’ door Rudolf Barsjaj (1974)
Largo
Allegro molto
Allegretto
Largo
Largo
pauze
Gabriel Fauré 1845-1924
Requiem, op. 48 (1887-88/1893/1900)
in een nieuwe versie van Wijnand van Klaveren (2017)
Introït et Kyrie
Offertoire
Sanctus
Pie Jesu
Agnus Dei
Libera me
In paradisum
Amsterdam Sinfonietta
Nederlands Kamerkoor
Candida Thompson viool/leiding
Judith van Wanroij sopraan
Andreas Wolf bariton
pauze ca. 21.10 uur
einde ca. 22.10 uur
teksten gratis verkrijgbaar aan de zaal
Het requiem
De rode draad in dit programma is het requiem. Dmitri Sjostakovitsj schreef zijn aangrijpende opus 110 ter nagedachtenis van de slachtoffers van het nazisme maar noemde het informeel 'zijn eigen requiem'.
Van de Chaconne wordt wel verondersteld dat Johann Sebastian Bach er een in memoriam voor Maria Barbara, zijn eerste vrouw, in heeft verborgen.
Het enige programma-onderdeel dat daadwerkelijk requiem heet, is gezien tekstgebruik en toonsoorten eigenlijk geen echt requiem: Gabriel Fauré ziet in zijn Requiem de dood als zonnig en als de doorgang naar een paradijs.
Bach verwelkomde de dood in het kerklied waarop Knut Nystedt zijn Immortal Bach baseerde.
Arvo Pärt ten slotte componeerde ook ter herdenking van overledenen; zijn Da pacem Domine roept bovendien de zinsnede ‘dona nobis pacem’ uit het Agnus Dei van de (doden-)mis in herinnering.
Knut Nystedt 1915-2014
Immortal Bach (1987)
voor koor a cappella
Johann Sebastian Bach 1685-1750
Chaconne uit ‘Tweede partita in d kl.t.’,
BWV 1004 (1720)
oorspronkelijk voor viool solo; bewerking voor viool solo en klein koor door Helga Thoene (2009)
Arvo Pärt 1935
Da pacem Domine (2004)
voor koor a cappella
Dmitri Sjostakovitsj 1906-1975
Kammersinfonie, op. 110a
bewerking voor strijkorkest van het ‘Achtste strijkkwartet in c kl.t., op. 110 (1960)’ door Rudolf Barsjaj (1974)
Largo
Allegro molto
Allegretto
Largo
Largo
pauze
Gabriel Fauré 1845-1924
Requiem, op. 48 (1887-88/1893/1900)
in een nieuwe versie van Wijnand van Klaveren (2017)
Introït et Kyrie
Offertoire
Sanctus
Pie Jesu
Agnus Dei
Libera me
In paradisum