Nog geen account of wachtwoord vergeten? Klik hier
meer dan klassiek

Ode aan Henny Vrienten

door Rolf Hermsen
26 dec. 2022 26 december 2022

Op 25 april 2022 overleed op 73-jarige leeftijd componist, zanger en bassist Henny Vrienten, een icoon van de Nederpopscene. Zijn zoon Xander en zangeres Trijntje Oosterhuis tuigden een Vrienten-programma op met band én orkest.

  • Henny Vrienten

    Henny Vrienten

  • Henny Vrienten

    Henny Vrienten

Laten we eerlijk zijn: Doe Maar was een vrij stumperig bandje. Tot Henny Vrienten zich door Ernst Jansz liet overhalen bassist van de groep te worden. Vrienten bracht al snel eigen nummers in en dat kon Jansz – oprichter en zanger/toetsenist – niet op zich laten zitten. De competitieve samenwerking zorgde voor een kwaliteitsinjectie die Doe Maar vanaf 1982 de Nederlandse hitlijsten op jaagde. Eindelijk kwam de Nederlandstalige popmuziek los uit de sfeer van luisterliedjes en cabaret.

Doe Maar werd populair met een overtreffende trap van mateloosheid – een polderversie van Beatlemania. En net als voor The Beatles werd het gierende lawaai van uitzinnige twaalfjarige meisjes de band uiteindelijk te veel. Bovendien: ‘Terwijl leeftijdgenoten en de pers de creatieve prestaties nauwelijks serieus namen, voelde het met name voor Vrienten niet goed als jonge kinderen zijn tekst van Je loopt je lul achterna voluit meezongen’, aldus Wikipedia.

In april 1984 gaf Doe Maar zijn afscheidsconcert. Henny Vrienten was toen bijna 36 – te oud voor krijsende meisjes maar goed op leeftijd voor nieuwe stappen in zijn creatieve carrière, met een aangescherpt profiel als schrijver, musicus en veelkunner.

Vrientens liedjes onderscheiden zich door geraffineerde eenvoud en de afwezigheid van grote woorden.

Vrientens eerste volwassen solo-­album Geen ballade kwam meteen in 1984 uit en de single Als je wint, een duet met Herman Brood, werd een flinke hit. Vervolgens deed hij zich, vanaf de muziek voor De prooi (Vivian Pieters, 1985), vooral achter de schermen gelden.

Zijn werk als filmcomponist vormt een lange rode draad door zijn leven. Everybody Happy (Nic Balthazar, 2016) was Vrientens vierentwintigste en laatste film. Van zijn andere werk-in-opdracht verdienen vooral de vele liedjes voor Het Klokhuis, Sesamstraat en het Sinterklaasjournaal vermelding – alle drie tv-programma’s voor kinderen en dat is geen toeval, want Vrientens liedjes onderscheiden zich door geraffineerde eenvoud en de afwezigheid van grote woorden. Het zijn vaste kenmerken van zijn werk, of het nou ­samenwerkingsprojecten betreft – zoals The Magnificent 7 (1988-1990), Aardige jongens (2008, met Frank Boeijen en Henk Hofstede) en Vreemde kostgangers (2017, met George Kooymans en Boudewijn de Groot) – of solo-albums, waarvan hij er met onregelmatige tussenpozen zes uitbracht.

Dat solowerk werd door de jaren heen steeds persoonlijker en niet lang voor zijn overlijden bestempelde hij de laatste drie solo-albums – En toch… (2014), Alles is anders (2015) en vooral Tussen de regels (2019) – als zijn meest dierbare muzikale nalatenschap. In tekst en muziek had Henny Vrienten oog voor het kleine, wist hij het grote behapbaar te maken en cynisme met vriendelijkheid en humor buiten de deur te houden. Als poëzieliefhebber proefde hij de waarde van het juiste woord, als componist zag hij zowel de overeenkomsten als de verschillen tussen een sterk liedje en een goed gedicht. Henny Vrienten wordt gemist.

Laten we eerlijk zijn: Doe Maar was een vrij stumperig bandje. Tot Henny Vrienten zich door Ernst Jansz liet overhalen bassist van de groep te worden. Vrienten bracht al snel eigen nummers in en dat kon Jansz – oprichter en zanger/toetsenist – niet op zich laten zitten. De competitieve samenwerking zorgde voor een kwaliteitsinjectie die Doe Maar vanaf 1982 de Nederlandse hitlijsten op jaagde. Eindelijk kwam de Nederlandstalige popmuziek los uit de sfeer van luisterliedjes en cabaret.

Doe Maar werd populair met een overtreffende trap van mateloosheid – een polderversie van Beatlemania. En net als voor The Beatles werd het gierende lawaai van uitzinnige twaalfjarige meisjes de band uiteindelijk te veel. Bovendien: ‘Terwijl leeftijdgenoten en de pers de creatieve prestaties nauwelijks serieus namen, voelde het met name voor Vrienten niet goed als jonge kinderen zijn tekst van Je loopt je lul achterna voluit meezongen’, aldus Wikipedia.

In april 1984 gaf Doe Maar zijn afscheidsconcert. Henny Vrienten was toen bijna 36 – te oud voor krijsende meisjes maar goed op leeftijd voor nieuwe stappen in zijn creatieve carrière, met een aangescherpt profiel als schrijver, musicus en veelkunner.

Vrientens liedjes onderscheiden zich door geraffineerde eenvoud en de afwezigheid van grote woorden.

Vrientens eerste volwassen solo-­album Geen ballade kwam meteen in 1984 uit en de single Als je wint, een duet met Herman Brood, werd een flinke hit. Vervolgens deed hij zich, vanaf de muziek voor De prooi (Vivian Pieters, 1985), vooral achter de schermen gelden.

Zijn werk als filmcomponist vormt een lange rode draad door zijn leven. Everybody Happy (Nic Balthazar, 2016) was Vrientens vierentwintigste en laatste film. Van zijn andere werk-in-opdracht verdienen vooral de vele liedjes voor Het Klokhuis, Sesamstraat en het Sinterklaasjournaal vermelding – alle drie tv-programma’s voor kinderen en dat is geen toeval, want Vrientens liedjes onderscheiden zich door geraffineerde eenvoud en de afwezigheid van grote woorden. Het zijn vaste kenmerken van zijn werk, of het nou ­samenwerkingsprojecten betreft – zoals The Magnificent 7 (1988-1990), Aardige jongens (2008, met Frank Boeijen en Henk Hofstede) en Vreemde kostgangers (2017, met George Kooymans en Boudewijn de Groot) – of solo-albums, waarvan hij er met onregelmatige tussenpozen zes uitbracht.

Dat solowerk werd door de jaren heen steeds persoonlijker en niet lang voor zijn overlijden bestempelde hij de laatste drie solo-albums – En toch… (2014), Alles is anders (2015) en vooral Tussen de regels (2019) – als zijn meest dierbare muzikale nalatenschap. In tekst en muziek had Henny Vrienten oog voor het kleine, wist hij het grote behapbaar te maken en cynisme met vriendelijkheid en humor buiten de deur te houden. Als poëzieliefhebber proefde hij de waarde van het juiste woord, als componist zag hij zowel de overeenkomsten als de verschillen tussen een sterk liedje en een goed gedicht. Henny Vrienten wordt gemist.

  • Henny Vrienten tijdens concert van Doe Maar

    foto: ANP

    Henny Vrienten tijdens concert van Doe Maar

    foto: ANP

  • Henny Vrienten tijdens concert van Doe Maar

    foto: ANP

    Henny Vrienten tijdens concert van Doe Maar

    foto: ANP

Bibliotheek

Henny Vrienten was ’verslaafd aan poëzie’ en trad graag naar voren als pleitbezorger van de dichtkunst. Wat waren zijn favorieten? Tegenover presentatrice Friedl’ Lesage van het radioprogramma Een leven in boeken (2008) verklaarde hij zijn liefde aan het werk van de Amerikaans-Britse dichter T.S. Eliot (1888-1965). Over diens The Four Quartets zei hij: ’Ik ken geen poëzie die mij ooit meer raakte.’

Bij Vrientens liedteksten komt misschien eerder de naam op van Toon Hermans (in positieve zin), maar als ­poëzielezer deinsde hij niet terug voor het weinig toegankelijke werk van Joost van den Vondel (1587-1679). Het kostbaarste boek in Vrientens bezit, een eerste druk van ‘Neerlands grootste dichter’, was de aanzet tot een grote Vondelverzameling.

Trijntje zingt Vrienten met Vrienten

Henny Vrienten en Trijntje Oosterhuis leerden elkaar vroeg in Trijntjes carrière kennen. Ze hadden een blijvende bewondering voor elkaars werk en diverse keren kwam het tot een samenwerking. Met Henny’s overlijden in zicht opperde zoon Xander, ook bassist, het idee voor een orkestraal album met liedjes van zijn vader, gezongen door Trijntje. Henny gaf zijn zegen aan het project en stelde voor dat ze zich zouden beperken tot nummers van zijn laatste drie soloplaten.

Aan diverse orkestarrangeurs werden opdrachten verstrekt. Zowel op de plaat als live worden de resulterende ‘symfonische’ versies van de liedjes uitgevoerd door het Residentie Orkest Den Haag, geleid door Joost Gevers, en een strakke band met Xander Vrienten op bas.

Bibliotheek

Henny Vrienten was ’verslaafd aan poëzie’ en trad graag naar voren als pleitbezorger van de dichtkunst. Wat waren zijn favorieten? Tegenover presentatrice Friedl’ Lesage van het radioprogramma Een leven in boeken (2008) verklaarde hij zijn liefde aan het werk van de Amerikaans-Britse dichter T.S. Eliot (1888-1965). Over diens The Four Quartets zei hij: ’Ik ken geen poëzie die mij ooit meer raakte.’

Bij Vrientens liedteksten komt misschien eerder de naam op van Toon Hermans (in positieve zin), maar als ­poëzielezer deinsde hij niet terug voor het weinig toegankelijke werk van Joost van den Vondel (1587-1679). Het kostbaarste boek in Vrientens bezit, een eerste druk van ‘Neerlands grootste dichter’, was de aanzet tot een grote Vondelverzameling.

Trijntje zingt Vrienten met Vrienten

Henny Vrienten en Trijntje Oosterhuis leerden elkaar vroeg in Trijntjes carrière kennen. Ze hadden een blijvende bewondering voor elkaars werk en diverse keren kwam het tot een samenwerking. Met Henny’s overlijden in zicht opperde zoon Xander, ook bassist, het idee voor een orkestraal album met liedjes van zijn vader, gezongen door Trijntje. Henny gaf zijn zegen aan het project en stelde voor dat ze zich zouden beperken tot nummers van zijn laatste drie soloplaten.

Aan diverse orkestarrangeurs werden opdrachten verstrekt. Zowel op de plaat als live worden de resulterende ‘symfonische’ versies van de liedjes uitgevoerd door het Residentie Orkest Den Haag, geleid door Joost Gevers, en een strakke band met Xander Vrienten op bas.

Dit artikel wordt u gratis aangeboden door Preludium. Meer lezen? Abonneer dan nu.