Nog geen account of wachtwoord vergeten? Klik hier
historie

Offertorium van Sofia Goebaidoelina bij het Concertgebouworkest

door Johan Giskes
16 feb. 2025 16 februari 2025

Deze maand staat Offertorium van Sofia Goebaidoelina bij het Concertgebouworkest op het programma. De eerste uitvoering van dit vioolconcert was in 1991, twee jaar nadat het orkest kennis had gemaakt met de muziek van deze vooraanstaande componiste.

  • Sofia Goebaidoelina en Mariss Jansons

    Foto: Ronald Knapp

    Sofia Goebaidoelina en Mariss Jansons

    Foto: Ronald Knapp

  • Sofia Goebaidoelina en Mariss Jansons

    Foto: Ronald Knapp

    Sofia Goebaidoelina en Mariss Jansons

    Foto: Ronald Knapp

  • Sofia Goebaidoelina en Mariss Jansons

    Foto: Ronald Knapp

    Sofia Goebaidoelina en Mariss Jansons

    Foto: Ronald Knapp

  • Sofia Goebaidoelina en Mariss Jansons

    Foto: Ronald Knapp

    Sofia Goebaidoelina en Mariss Jansons

    Foto: Ronald Knapp

Sofia Goebaidoelina neemt het applaus in ontvangst na de uitvoering door het Concertgebouworkest van haar Das Gastmahl während der Pest, 20 oktober 2011; op de achtergrond dirigent Mariss Jansons

De Sovjet-Unie was lange tijd een gesloten land; in westerse landen wist men nauwelijks wat er plaatsvond. Ook de in 1931 geboren Tataars-Russische componiste Sofia Goebaidoelina was onbekend in het Westen. In Amsterdam veranderde dat in 1989. Tijdens het Holland Festival werd toen op grote schaal contemporaine Russische muziek ten gehore gebracht, waaronder op verschillende locaties van Goebaidoelina. Op 21 juni klonk in de Kleine Zaal de cantate Perception voor sopraan, bariton, zeven strijkinstrumenten en tape in een concert van het Schönberg Ensemble onder leiding van pleitbezorger Reinbert de Leeuw. Muziekrecensent Ernst Vermeulen reageerde in NRC Handelsblad met: ‘Goebaidoelina’s Oosters-­spirituele en fijnzinnig uitgewerkte, kleurrijke muziek betekende voor Nederland een belangrijke aanwinst’ en concludeerde: ‘Goebaidoelina overschreeuwt zich nooit, behoudt overzicht.’

Hartverscheurend

Het eerste werk van haar dat het Concertgebouworkest programmeerde was Offertorium, een werk uit 1980, dat dankzij violist Gidon Kremer al meermaals buiten de Sovjet-Unie was uitgevoerd. Op 7, 9 en 10 november 1991 kwam het onder leiding van Valery Gergiev en met de twintigjarige (!) Vadim Repin als solist tot uitvoering. De concerten waren Gergievs debuut als gastdirigent. 

NRC Handelsblad kopte ‘Goebaidoelina’s offer aan muziek vormt hoogtepunt’ en ‘­Gergjev laat orkest sprankelen’. Volgens Het Parool echter kenmerkte ‘een terneerdrukkende matheid’ de uitvoering. De Telegraaf noemde de talenten van de componiste weliswaar groot, maar ‘haar zwakte schuilt in de ongepolijste staat waarin dat talent blijft steken.’ Het ­Algemeen Dagblad vond de uitvoering van ­Offertorium daarentegen magnifiek. ‘Wat een extreme muziek is dit!’ In Trouw verwoordde Roel van der Leeuw zijn indruk dat de componiste in haar Offertorium uitging van klankschoonheid, ‘volledig in dienst staand van een strenge, sobere, intellectuele en toch heel rechtstreeks het hart rakende betoogtrant. Hartverscheurend eenzame muziek. Vadim Repin speelde die met een voor zijn leeftijd onvoorstelbaar groot begrip.’

Offertorium, met zijn herinneringen aan Johann Sebastian Bach en Anton Webern verenigd met christelijke symboliek, heeft Goebaidoelina wereldberoemd gemaakt.

Lof

Hierna trad het Concertgebouworkest met andere werken van Goebaidoelina op in 1995, 2008, 2011 en 2024 [in april, het Altvioolconcert met dirigent Jaap van Zweden en solist Antoine Tamestit, red.]. Het Concertgebouw maakte in de Eigen Programmering eveneens ruimte voor haar composities.

In 2008 speelde het Concertgebouworkest Der Reiter auf dem weissen Pferd voor orgel en orkest, in aanwezigheid van de componiste. Naar aanleiding van het concert van 10 oktober bedankte Hans-Ulrich Duffek, de directeur van de Internationale Musikverlage Hans Sikorski en contactpersoon van de componiste, artistiek directeur Joel Ethan Fried voor de prachtige uitvoering. Onder leiding van David Robertson en met Leo van Doeselaar als solist had het orkest opnieuw zijn uitzonderlijke positie getoond, zo schreef hij. 

Eigenlijk zou een nieuw werk voor orgel en orkest op het programma hebben gestaan, geschreven in opdracht van het Concertgebouworkest. De componiste was zelfs voor een uitgebreid bezoek aan het Maarschalkerweerdorgel naar de Grote Zaal gekomen, maar had zich niet in staat gezien het werk volgens haar eigen hoge kwaliteitsnormen te voltooien. 

Verjaardagsweekend

Goebaidoelina, die zich in 1992 in Duitsland had gevestigd, was ondertussen een ware publiekslieveling geworden. Ter gelegenheid van haar tachtigste verjaardag speelde het Concertgebouworkest op 20 en 21 oktober 2011 Das Gastmahl während der Pest (uit 2005) onder leiding van chef-­dirigent Mariss Jansons. Het concert op vrijdag de 21ste maakte deel uit van de serie AAA (‘Actueel, Avontuurlijk, Aangrijpend’), met ’s middags in de Spiegelzaal een actueel interdisciplinair programma in samenwerking met het Stedelijk Museum en voorafgaand aan het concert een gesprek met de componiste in de Koorzaal.

Op 24 oktober, haar daadwerkelijke verjaardag, verzorgden Asko|Schönberg en twee solisten onder Reinbert de Leeuws leiding in de Kleine Zaal een editie van de Concertgebouwserie ‘Tijdgenoten’ die geheel aan haar was gewijd. 

Persoonlijkheid

Preludium publiceerde die maand een interview van de hand van Thea Derks. Het artikel benoemt enkele belangrijke karakteristieken. Spreken deed Goebaidoelina met een typerende gedrevenheid. Diepzinnige kunst diende tegenwicht te geven aan maatschappelijke vervlakking. De componiste constateerde ‘een kloof tussen intelligente mensen en de meerderheid van de maatschappij, die vijandig staat tegenover de intelligentsia en de kunsten. Bijna op het militaristische af. De Spasskultur dwingt kunstenaars welhaast het onderspit te delven, maar wij moeten weerstand blijven bieden aan de vervlakking’. Hoe zij dit deed? Door telkens weer naar haar innerlijke stem te luisteren. Zo weigerde ze in de tijd van de Sovjet-Unie politieke lofzangen te schrijven. Met een indrukwekkend oeuvre tot gevolg.

Sofia Goebaidoelina neemt het applaus in ontvangst na de uitvoering door het Concertgebouworkest van haar Das Gastmahl während der Pest, 20 oktober 2011; op de achtergrond dirigent Mariss Jansons

De Sovjet-Unie was lange tijd een gesloten land; in westerse landen wist men nauwelijks wat er plaatsvond. Ook de in 1931 geboren Tataars-Russische componiste Sofia Goebaidoelina was onbekend in het Westen. In Amsterdam veranderde dat in 1989. Tijdens het Holland Festival werd toen op grote schaal contemporaine Russische muziek ten gehore gebracht, waaronder op verschillende locaties van Goebaidoelina. Op 21 juni klonk in de Kleine Zaal de cantate Perception voor sopraan, bariton, zeven strijkinstrumenten en tape in een concert van het Schönberg Ensemble onder leiding van pleitbezorger Reinbert de Leeuw. Muziekrecensent Ernst Vermeulen reageerde in NRC Handelsblad met: ‘Goebaidoelina’s Oosters-­spirituele en fijnzinnig uitgewerkte, kleurrijke muziek betekende voor Nederland een belangrijke aanwinst’ en concludeerde: ‘Goebaidoelina overschreeuwt zich nooit, behoudt overzicht.’

Hartverscheurend

Het eerste werk van haar dat het Concertgebouworkest programmeerde was Offertorium, een werk uit 1980, dat dankzij violist Gidon Kremer al meermaals buiten de Sovjet-Unie was uitgevoerd. Op 7, 9 en 10 november 1991 kwam het onder leiding van Valery Gergiev en met de twintigjarige (!) Vadim Repin als solist tot uitvoering. De concerten waren Gergievs debuut als gastdirigent. 

NRC Handelsblad kopte ‘Goebaidoelina’s offer aan muziek vormt hoogtepunt’ en ‘­Gergjev laat orkest sprankelen’. Volgens Het Parool echter kenmerkte ‘een terneerdrukkende matheid’ de uitvoering. De Telegraaf noemde de talenten van de componiste weliswaar groot, maar ‘haar zwakte schuilt in de ongepolijste staat waarin dat talent blijft steken.’ Het ­Algemeen Dagblad vond de uitvoering van ­Offertorium daarentegen magnifiek. ‘Wat een extreme muziek is dit!’ In Trouw verwoordde Roel van der Leeuw zijn indruk dat de componiste in haar Offertorium uitging van klankschoonheid, ‘volledig in dienst staand van een strenge, sobere, intellectuele en toch heel rechtstreeks het hart rakende betoogtrant. Hartverscheurend eenzame muziek. Vadim Repin speelde die met een voor zijn leeftijd onvoorstelbaar groot begrip.’

Offertorium, met zijn herinneringen aan Johann Sebastian Bach en Anton Webern verenigd met christelijke symboliek, heeft Goebaidoelina wereldberoemd gemaakt.

Lof

Hierna trad het Concertgebouworkest met andere werken van Goebaidoelina op in 1995, 2008, 2011 en 2024 [in april, het Altvioolconcert met dirigent Jaap van Zweden en solist Antoine Tamestit, red.]. Het Concertgebouw maakte in de Eigen Programmering eveneens ruimte voor haar composities.

In 2008 speelde het Concertgebouworkest Der Reiter auf dem weissen Pferd voor orgel en orkest, in aanwezigheid van de componiste. Naar aanleiding van het concert van 10 oktober bedankte Hans-Ulrich Duffek, de directeur van de Internationale Musikverlage Hans Sikorski en contactpersoon van de componiste, artistiek directeur Joel Ethan Fried voor de prachtige uitvoering. Onder leiding van David Robertson en met Leo van Doeselaar als solist had het orkest opnieuw zijn uitzonderlijke positie getoond, zo schreef hij. 

Eigenlijk zou een nieuw werk voor orgel en orkest op het programma hebben gestaan, geschreven in opdracht van het Concertgebouworkest. De componiste was zelfs voor een uitgebreid bezoek aan het Maarschalkerweerdorgel naar de Grote Zaal gekomen, maar had zich niet in staat gezien het werk volgens haar eigen hoge kwaliteitsnormen te voltooien. 

Verjaardagsweekend

Goebaidoelina, die zich in 1992 in Duitsland had gevestigd, was ondertussen een ware publiekslieveling geworden. Ter gelegenheid van haar tachtigste verjaardag speelde het Concertgebouworkest op 20 en 21 oktober 2011 Das Gastmahl während der Pest (uit 2005) onder leiding van chef-­dirigent Mariss Jansons. Het concert op vrijdag de 21ste maakte deel uit van de serie AAA (‘Actueel, Avontuurlijk, Aangrijpend’), met ’s middags in de Spiegelzaal een actueel interdisciplinair programma in samenwerking met het Stedelijk Museum en voorafgaand aan het concert een gesprek met de componiste in de Koorzaal.

Op 24 oktober, haar daadwerkelijke verjaardag, verzorgden Asko|Schönberg en twee solisten onder Reinbert de Leeuws leiding in de Kleine Zaal een editie van de Concertgebouwserie ‘Tijdgenoten’ die geheel aan haar was gewijd. 

Persoonlijkheid

Preludium publiceerde die maand een interview van de hand van Thea Derks. Het artikel benoemt enkele belangrijke karakteristieken. Spreken deed Goebaidoelina met een typerende gedrevenheid. Diepzinnige kunst diende tegenwicht te geven aan maatschappelijke vervlakking. De componiste constateerde ‘een kloof tussen intelligente mensen en de meerderheid van de maatschappij, die vijandig staat tegenover de intelligentsia en de kunsten. Bijna op het militaristische af. De Spasskultur dwingt kunstenaars welhaast het onderspit te delven, maar wij moeten weerstand blijven bieden aan de vervlakking’. Hoe zij dit deed? Door telkens weer naar haar innerlijke stem te luisteren. Zo weigerde ze in de tijd van de Sovjet-Unie politieke lofzangen te schrijven. Met een indrukwekkend oeuvre tot gevolg.

Dit artikel wordt u gratis aangeboden door Preludium. Meer lezen? Abonneer dan nu.