Nog geen account of wachtwoord vergeten? Klik hier
column

Te laat

door Anna de Vey Mestdagh
27 sep. 2022 27 september 2022

Tweede violiste in het Concertgebouworkest Anna de Vey Mestdagh laat in haar maandelijkse column weten wat haar zoal bezighoudt. Deze week: te laat komen.

De grootste nachtmerrie van een musicus is dat hij de zaal niet kan vinden. Of nee, de allergrootste nachtmerrie is dat hij te laat op het concert komt. Er schijnen orkesten te zijn waar je een boete krijgt als je te laat komt.

Bij het Concertgebouworkest is dat gelukkig niet nodig, het verantwoordelijkheidsgevoel naar elkaar en naar het publiek is daarvoor te groot. Weer- en verkeersapps worden constant in de gaten gehouden, ov-kaarten bijtijds opgeladen en orkestleden die buiten de stad wonen hanteren over het algemeen een zeer ruime tijdsmarge: ze zijn liever een uur te vroeg dan één minuut te laat. Met een gehaast gevoel en koude vingers het podium opgaan, het werkt gewoon niet.

‘Dit is voor alle keren die ik dit jaar te laat ga komen.’

Zelf heb ik het geluk op fietsafstand van Het Concertgebouw te wonen. Meestal ga ik krap aan op tijd weg en om dan toch ontspannen en niet al te bezweet aan te komen pas ik de volgende strategie toe: tot aan het fietsbruggetje in de Minervalaan stevig op de trappers staan, de laatste drie minuten rijd ik rustig peddelend met een naar buiten gekeerde blik uit. Zwalkende pubers krijgen ruimhartig voorrang, rode stoplichten worden met berusting aanvaard. Ik weet: mij kan niets meer gebeuren, ik haal het zelfs kruipend nog. In die minuten schieten mij ook telkens de beste onderwerpen voor columns te binnen. Twee vliegen in één klap!

Iedereen doet dus op zijn eigen manier zijn best om op tijd te komen en boetes uitdelen is nergens voor nodig. Bovendien zorgt zoiets eerder voor een perverse prikkel: de ene helft van het orkest raakt onnodig gespannen, de andere helft kan er handig gebruik van maken. Bekend is het verhaal van de trompettist die ooit aan het begin van het seizoen een groot bankbiljet op het bureau van de orkestmanager neerlegde, waarbij hij de volgende woorden sprak: ‘Dit is voor alle keren die ik dit jaar te laat ga komen.’

De grootste nachtmerrie van een musicus is dat hij de zaal niet kan vinden. Of nee, de allergrootste nachtmerrie is dat hij te laat op het concert komt. Er schijnen orkesten te zijn waar je een boete krijgt als je te laat komt.

Bij het Concertgebouworkest is dat gelukkig niet nodig, het verantwoordelijkheidsgevoel naar elkaar en naar het publiek is daarvoor te groot. Weer- en verkeersapps worden constant in de gaten gehouden, ov-kaarten bijtijds opgeladen en orkestleden die buiten de stad wonen hanteren over het algemeen een zeer ruime tijdsmarge: ze zijn liever een uur te vroeg dan één minuut te laat. Met een gehaast gevoel en koude vingers het podium opgaan, het werkt gewoon niet.

‘Dit is voor alle keren die ik dit jaar te laat ga komen.’

Zelf heb ik het geluk op fietsafstand van Het Concertgebouw te wonen. Meestal ga ik krap aan op tijd weg en om dan toch ontspannen en niet al te bezweet aan te komen pas ik de volgende strategie toe: tot aan het fietsbruggetje in de Minervalaan stevig op de trappers staan, de laatste drie minuten rijd ik rustig peddelend met een naar buiten gekeerde blik uit. Zwalkende pubers krijgen ruimhartig voorrang, rode stoplichten worden met berusting aanvaard. Ik weet: mij kan niets meer gebeuren, ik haal het zelfs kruipend nog. In die minuten schieten mij ook telkens de beste onderwerpen voor columns te binnen. Twee vliegen in één klap!

Iedereen doet dus op zijn eigen manier zijn best om op tijd te komen en boetes uitdelen is nergens voor nodig. Bovendien zorgt zoiets eerder voor een perverse prikkel: de ene helft van het orkest raakt onnodig gespannen, de andere helft kan er handig gebruik van maken. Bekend is het verhaal van de trompettist die ooit aan het begin van het seizoen een groot bankbiljet op het bureau van de orkestmanager neerlegde, waarbij hij de volgende woorden sprak: ‘Dit is voor alle keren die ik dit jaar te laat ga komen.’

Dit artikel wordt u gratis aangeboden door Preludium. Meer lezen? Abonneer dan nu.