Wilde dans
door Anna de Vey Mestdagh 16 mei 2022 16 mei 2022
Tweede violiste in het Concertgebouworkest Anna de Vey Mestdagh laat in haar maandelijkse column weten wat haar zoal bezighoudt. Deze week: op bezoek bij de Stopera.
Gemiddeld één keer per jaar, meestal aan het eind van het seizoen, speelt het orkest een opera. Een welkome afwisseling met het symfonische repertoire, niet in het minst door de bonte stoet aan medewerkers die bij zo’n productie betrokken is.
Het orkest begint eerst met orkestrepetities in Het Concertgebouw, na een paar dagen komen de zangers erbij en dan komt het moment waarop we naar ‘de Stopera’ verhuizen en decor en enscenering een rol gaan spelen. De onder- en bovengrondse gangen aldaar zoemen steevast van activiteit: preluderende solisten, in kamerjas gestoken koorleden en in hun microfoon pratende productieleiders draaien er in een wilde dans om elkaar heen. Wij orkestleden banen ons hierlangs een weg richting de half-verduisterde orkestbak, met onze instrumentenkoffers op de rug.
De sopraan ging zo in haar rol op dat ze vergat op de slag van de dirigent te zingen
Aan de dirigent de niet eenvoudige taak om dit alles tot een eenheid te smeden. Aan voormalig chef-dirigent Riccardo Chailly was deze rol zeker wel besteed. Tijdens de repetities van de opera Turandot van Puccini, in 2002, moest hij menig brandje blussen tussen zangers, regie en orkest, maar het grootste probleem was dat de sopraan zo in haar rol opging dat zij gewoonweg vergat om op de slag van de dirigent te zingen. Een getergde Chailly laste een pauze in en na die pauze was het probleem, vraag niet hoe, opgelost.
Voor het orkest is het altijd weer een bijzondere ervaring, die mix van disciplines en eigenzinnige karakters. Maar hoe jammer is het dat we in de bak nauwelijks meekrijgen wat er op het podium gebeurt, afgezien van de buitenste rij violisten en cellisten, die dat dan wel met een verrekte nek moeten bekopen. Wat in de zaal waarschijnlijk niet opviel maar ons orkestleden niet kon ontgaan, was dat de Turandot-sopraan tijdens de uitvoering haar hoge uithaal, ondanks het herhaaldelijk driftig afslaan van Chailly, tergend lang aanhield. Wie het laatst lacht…
Gemiddeld één keer per jaar, meestal aan het eind van het seizoen, speelt het orkest een opera. Een welkome afwisseling met het symfonische repertoire, niet in het minst door de bonte stoet aan medewerkers die bij zo’n productie betrokken is.
Het orkest begint eerst met orkestrepetities in Het Concertgebouw, na een paar dagen komen de zangers erbij en dan komt het moment waarop we naar ‘de Stopera’ verhuizen en decor en enscenering een rol gaan spelen. De onder- en bovengrondse gangen aldaar zoemen steevast van activiteit: preluderende solisten, in kamerjas gestoken koorleden en in hun microfoon pratende productieleiders draaien er in een wilde dans om elkaar heen. Wij orkestleden banen ons hierlangs een weg richting de half-verduisterde orkestbak, met onze instrumentenkoffers op de rug.
De sopraan ging zo in haar rol op dat ze vergat op de slag van de dirigent te zingen
Aan de dirigent de niet eenvoudige taak om dit alles tot een eenheid te smeden. Aan voormalig chef-dirigent Riccardo Chailly was deze rol zeker wel besteed. Tijdens de repetities van de opera Turandot van Puccini, in 2002, moest hij menig brandje blussen tussen zangers, regie en orkest, maar het grootste probleem was dat de sopraan zo in haar rol opging dat zij gewoonweg vergat om op de slag van de dirigent te zingen. Een getergde Chailly laste een pauze in en na die pauze was het probleem, vraag niet hoe, opgelost.
Voor het orkest is het altijd weer een bijzondere ervaring, die mix van disciplines en eigenzinnige karakters. Maar hoe jammer is het dat we in de bak nauwelijks meekrijgen wat er op het podium gebeurt, afgezien van de buitenste rij violisten en cellisten, die dat dan wel met een verrekte nek moeten bekopen. Wat in de zaal waarschijnlijk niet opviel maar ons orkestleden niet kon ontgaan, was dat de Turandot-sopraan tijdens de uitvoering haar hoge uithaal, ondanks het herhaaldelijk driftig afslaan van Chailly, tergend lang aanhield. Wie het laatst lacht…