Nog geen account of wachtwoord vergeten? Klik hier
boekentip

Sergej Prokofjevs Dagboek 1907-1933

door Bert Natter
28 jan. 2025 28 januari 2025

Schrijver Bert Natter deelt maandelijks een literair-­muzikale tip. Deze keer Sergej Prokofjevs Dagboek 1907-1933.

  • Sergej Prokofjev Dagboek 1907-1933

    Door: Sergej Prokofjev

    Sergej Prokofjev Dagboek 1907-1933

    Door: Sergej Prokofjev

  • Bert Natter

    foto: Eduardus Lee

    Bert Natter

    foto: Eduardus Lee

  • Sergej Prokofjev Dagboek 1907-1933

    Door: Sergej Prokofjev

    Sergej Prokofjev Dagboek 1907-1933

    Door: Sergej Prokofjev

  • Bert Natter

    foto: Eduardus Lee

    Bert Natter

    foto: Eduardus Lee

Tussen 1907 en 1933 hield Sergej Prokofjev (1891-1953) een dagboek bij, waaruit vertaler Arie van der Ent een keuze maakte. Het dagboek begint als een roman: de 22-jarige Prokofjev ontvangt een brief van zijn boezemvriend Maks Schmidthof, waarin deze schrijft: ‘Ik zal je het laatste nieuws vertellen: ik heb me voor de kop geschoten.’ Prokofjev twijfelt er niet aan of dit is de waarheid en veertien dagen lang gaat hij op zoek naar het lichaam van zijn dierbare vriend.

Over zijn hondsmoeilijke aan de nagedachtenis van deze Maks opgedragen Tweede pianoconcert schrijft hij: ‘Ik speelde het concert goed. Het was een enorm succes, dat nog vergroot werd doordat er toch een paar mensen boos floten.’

Prokofjevs ontmoetingen met beroemdheden uit zijn tijd ontroerden mij regelmatig, zoals deze: ‘De hotel­kamers van Stravinsky en mij bleken naast elkaar te liggen. We maakten de verbindingsdeur open en hielden ’s avonds langdurige beraadslagingen.’

Prokofjev vertelt over een concert in Moskou – hij is dan 24 – waarbij de grote Serge Rachmaninoff op de tweede rij zit, ‘onbeweeglijk als een Boeddhabeeld’. Terwijl het publiek onder luid geroep applaudisseert, blijft de grote meester onbewogen, met een ‘versteend gezicht’, voor zich uit kijken. Na afloop zou hij hebben gezegd: ‘Maar toch heeft hij talent.’
De componist is ook getuige van historische gebeurtenissen, zo komt hij in 1917 in Petrograd (het huidige Sint-Petersburg) midden in de Februari­revolutie terecht. Bladzijden lang is hij te midden van het geweld bezig om heelhuids thuis te komen. 

In 1927 doet Prokofjev verslag van zijn tournee naar Nederland. Op 9 december neemt hij zijn intrek in het Amstel Hotel. Onder Pierre ­Monteux repeteert hij de volgende dag met het Concertgebouworkest zijn Derde piano­concert, dat hij op diverse podia zal vertolken. Hij speelt het ‘nog steeds niet correct, hoewel ik wel geleidelijk winst boek’.

Hij vindt alles in Nederland peperduur, maar is zeer te spreken over de organisatie, vooral ook van de concerten in Den Haag, Rotterdam en Arnhem: ‘Het Concertgebouw is toch heel chic: we werden met een auto naar de trein gereden, reisden eerste klas, werden naar Den Haag vervoerd in een speciale trein, daar per auto naar de zaal gereden en in de artiestenfoyer kregen we broodjes, thee en wijn, allemaal op kosten van het Concertgebouw.’

Toen ik de ruim vierhonderd bladzijden had gelezen, vond ik het jammer dat niet de complete vijftienhonderd bladzijden in het Nederlands zijn vertaald, want Prokofjev leidde niet alleen een boeiend leven, hij kon zo geweldig schrijven dat ik het gevoel kreeg hem een beetje te leren kennen. 

Componeerde Prokofjev zijn Tweede pianoconcert twee keer? Lees hier het achtergrondverhaal

Tussen 1907 en 1933 hield Sergej Prokofjev (1891-1953) een dagboek bij, waaruit vertaler Arie van der Ent een keuze maakte. Het dagboek begint als een roman: de 22-jarige Prokofjev ontvangt een brief van zijn boezemvriend Maks Schmidthof, waarin deze schrijft: ‘Ik zal je het laatste nieuws vertellen: ik heb me voor de kop geschoten.’ Prokofjev twijfelt er niet aan of dit is de waarheid en veertien dagen lang gaat hij op zoek naar het lichaam van zijn dierbare vriend.

Over zijn hondsmoeilijke aan de nagedachtenis van deze Maks opgedragen Tweede pianoconcert schrijft hij: ‘Ik speelde het concert goed. Het was een enorm succes, dat nog vergroot werd doordat er toch een paar mensen boos floten.’

Prokofjevs ontmoetingen met beroemdheden uit zijn tijd ontroerden mij regelmatig, zoals deze: ‘De hotel­kamers van Stravinsky en mij bleken naast elkaar te liggen. We maakten de verbindingsdeur open en hielden ’s avonds langdurige beraadslagingen.’

Prokofjev vertelt over een concert in Moskou – hij is dan 24 – waarbij de grote Serge Rachmaninoff op de tweede rij zit, ‘onbeweeglijk als een Boeddhabeeld’. Terwijl het publiek onder luid geroep applaudisseert, blijft de grote meester onbewogen, met een ‘versteend gezicht’, voor zich uit kijken. Na afloop zou hij hebben gezegd: ‘Maar toch heeft hij talent.’
De componist is ook getuige van historische gebeurtenissen, zo komt hij in 1917 in Petrograd (het huidige Sint-Petersburg) midden in de Februari­revolutie terecht. Bladzijden lang is hij te midden van het geweld bezig om heelhuids thuis te komen. 

In 1927 doet Prokofjev verslag van zijn tournee naar Nederland. Op 9 december neemt hij zijn intrek in het Amstel Hotel. Onder Pierre ­Monteux repeteert hij de volgende dag met het Concertgebouworkest zijn Derde piano­concert, dat hij op diverse podia zal vertolken. Hij speelt het ‘nog steeds niet correct, hoewel ik wel geleidelijk winst boek’.

Hij vindt alles in Nederland peperduur, maar is zeer te spreken over de organisatie, vooral ook van de concerten in Den Haag, Rotterdam en Arnhem: ‘Het Concertgebouw is toch heel chic: we werden met een auto naar de trein gereden, reisden eerste klas, werden naar Den Haag vervoerd in een speciale trein, daar per auto naar de zaal gereden en in de artiestenfoyer kregen we broodjes, thee en wijn, allemaal op kosten van het Concertgebouw.’

Toen ik de ruim vierhonderd bladzijden had gelezen, vond ik het jammer dat niet de complete vijftienhonderd bladzijden in het Nederlands zijn vertaald, want Prokofjev leidde niet alleen een boeiend leven, hij kon zo geweldig schrijven dat ik het gevoel kreeg hem een beetje te leren kennen. 

Componeerde Prokofjev zijn Tweede pianoconcert twee keer? Lees hier het achtergrondverhaal

Dit artikel wordt u gratis aangeboden door Preludium. Meer lezen? Abonneer dan nu.